Huidproblemen

Sommige behandelingen van kanker verhogen het risico op het beschadigen van de huid. De huid is ons grootste orgaan en onze eerste bescherming tegen indringers van buitenaf. Ook houdt het ons lichaam op temperatuur en slaat vocht, vet en vitamine D op. Het is daarom van belang om de huid zo gezond mogelijk te houden.

Snel naar: Wat kan ik doen?

De behandeling

Radiotherapie

Bij radiotherapie wordt steeds geprobeerd zoveel mogelijk gezond weefsel te sparen. Echter, de huid ligt altijd in het te behandelen gebied. Daarom is de kans op het ontwikkelen van huidproblemen bij alle soorten bestralingen aanwezig.

Chemotherapie

Onderstaande cytostatica kunnen schade aan de huid veroorzaken.

Cytostatica

Chemotherapie

Bleomycine ABVD, BEACOPP, EBVP, MOPP/ABV, MOPP/ABVD, Stanford V
Cyclofosfamide    BEACOPP, COPP

Welke huidproblemen kunnen er ontstaan?

Vaak zijn de eerste tekenen van huidproblemen al kort na de start van de behandeling te zien. De reactie van de huid begint met roodheid (erytheem), meestal twee tot vier weken na de eerste bestraling. Ook kan er haaruitval optreden en verkleuring of schilfering van de huid na een behandeling met chemotherapie en radiotherapie. Dit zijn tijdelijke huidproblemen die na het stoppen van de behandeling meestal weer verdwijnen.

Daarnaast zijn er huidproblemen die lang na de behandeling ontstaan. Hieronder vindt u de huidproblemen die kunnen ontstaan door de diverse behandelingen.

Radiotherapie

  • Het ontstaan van rode bloedvaatjes op de huid waar bestraald is. Dit kan ontsierend zijn, maar kan verder geen kwaad.
  • Fibrose. Fibrose is littekenvorming en verbindweefseling van de huid. Hierbij kan de huid stijver en minder flexibel zijn. Daarnaast kunnen wondjes op de aangedane huid slecht genezen.
  • Hyperpigmentatie. Bij hyperpigmentatie wordt de huid op de plek waar bestraald is donkerder van kleur. Deze hyperpigmentatie kan in de loop van de tijd weer verminderen.
  • Hypopigmentatie. Bij hypopigmentatie wordt de huid op de plek waar bestraald is lichter van kleur.
  • Haaruitval en in sommige gevallen blijvende kaalheid op de plek van het bestraalde gebied. Afhankelijk van de gegeven hoeveelheid bestraling kan er na bestraling tijdelijke of blijvende haaruitval optreden.
  • Huidkanker (tweede soort kanker). Door de bestraling van de huid kan de huid zo beschadigd raken dat er op den duur huidkanker kan ontstaan (1,5 tot 3 procent voor het 75e levensjaar). Regelmatige zelfcontrole van de bestraalde huid is daarom aan te bevelen.

Chemotherapie

  • Hyperpigmentatie. Na een behandeling met chemotherapie kan er hyperpigmentatie ontstaan. Hierbij kunnen sommige delen van de huid donkerder van kleur worden, waardoor er een vlek of meerdere vlekken op de huid kunnen ontstaan. Deze hyperpigmentatie kan in de loop van de tijd weer verminderen en is verder niet ernstig.

Wat kan ik doen?

  • Beperk blootstelling van de huid aan UV-straling (zonlicht en zonnebank).
  • Gebruik zonnebrandmiddelen met een hoge beschermingsfactor wanneer u in de zon verblijft.
  • Zorg dat uw huid niet verbrandt.
  • Controleer uw huid regelmatig. Wanneer een moedervlek bijvoorbeeld van kleur of vorm verandert, wanneer deze duidelijk groeit of spontaan begint te bloeden, neem dan contact op met uw huisarts of behandeld specialist. Ook als een plekje van de huid niet geneest en er steeds een korstje op komt, is het verstandig contact op te nemen met een arts.

Wilt u meer weten?

Op de internetsite van Huidpatiënten Nederland kunt u informatie vinden over alle verenigingen op het gebied van huidaandoeningen.