Vruchtbaarheidsproblemen
De vruchtbaarheid geeft aan in hoeverre iemand zich kan voortplanten. Voor een normale vruchtbaarheid is een volledige puberteitsontwikkeling nodig. Bij de vrouw is ook het aantal (ongerijpte) eicellen van invloed op de mate van vruchtbaarheid. Dit aantal is afhankelijk van de leeftijd van de vrouw. Bij de eerste menstruatie is de voorraad op het hoogst en daarna neemt deze iedere maand af. De hele cyclus van een vrouw, met onder andere de rijping van de eicellen in de eierstokken, wordt aangestuurd door hormonen die in de hersenen worden aangemaakt. Daarnaast zijn tal van andere factoren van belang voor bevruchting, zoals de doorgankelijkheid van de eileiders en de baarmoeder.
De vruchtbaarheid van de man wordt onder andere vastgesteld door het meten van de grootte van de zaadballen. Dit zegt iets over de aanmaak van zaadcellen. Onder invloed van hormonen die in de hersenen worden aangemaakt, vindt er spermaproductie plaats in de zaadballen.
Laat effect | Komt voor na |
Vruchtbaarheid vrouw | Chemotherapie, Radiotherapie |
Vruchtbaarheid man | Chemotherapie, Radiotherapie |
Sommige behandelingen van hodgkinlymfoom kunnen het risico op onvruchtbaarheid vergroten. Aangezien hodgkinlymfoom vaak ontstaat op jongere leeftijd is het belangrijk om hier bij stil te staan.
De behandeling
Onvruchtbaarheid na de behandeling voor een hodgkinlymfoom kan bij zowel mannen als vrouwen voorkomen. Een belangrijke rol hierbij spelen de leeftijd waarop men de behandeling heeft gehad, de dosis die gegeven is en bij bestraling het gebied van de behandeling.
Onvruchtbaarheid kan veroorzaakt worden door de volgende behandelingen:
Radiotherapie
Radiotherapie waarbij de eierstokken of zaadballen in of dichtbij het bestralingsgebied liggen (bijvoorbeeld bij de omgekeerde Y-veld bestraling of totale lichaamsbestraling, maar ook wanneer er op een specifiek gedeelte van de onderbuik wordt bestraald).
Chemotherapie
Alkylerende chemotherapie, zoals hieronder in de tabel weergegeven.
Cytostatica |
Chemotherapie |
Chloorambucil | CCEP, CEC, ChlVPP, LOPP |
Cisplatinum | DHAP |
Cyclofosfamide | BEACOPP, COPP |
Dacarbazine | ABVD, MOPP/ABVD |
Ifosfamide | VIM |
Procarbazine | BBEACOPP, COPP, ChlVPP, LOPP, MOPP, MOPP/ABV, MOPP/ABVD, OPPA |
Vinblastine | ABVD, ChlVPP, EBVP, MOPP/ABV, MOPP/ABVD, Stanford V |
Vincristine | BEACOPP, COPP, LOPP, MOPP, MOPP/ABV, MOPP/ABVD, OEPA, OPA, OPPA, Stanford V |